Bijna 1 bestuurder op 4 weet niet precies wat ritsen is

5422Bijna 1 bestuurder op 4 weet niet precies wat ritsen is. Het hoffelijkheidsprincipe bestaat nochtans al twee jaar

Sinds 1 maart 2014 is ritsen verplicht op plaatsen waar er een rijstrook wordt onderbroken. Een enquête van het BIVV toont aan dat meer dan 9 op 10 bestuurders al wel eens gehoord heeft van het principe, maar dat 1 op 4 niet exact weet hoe het werkt. Er moet dus nog heel wat gedaan worden om iedereen te informeren, zodat het systeem zijn nut kan bewijzen.

Nieuwe enquête

Erg populair…

Een enquête van het BIVV bij een representatieve steekproef van Belgische bestuurders, toont aan dat twee jaar na de invoeging van het ritsprincipe, een grote meerderheid al wel eens gehoord heeft van het principe: meer dan 91% in totaal. Ritsen is meer bekend in Vlaanderen (98%) dan in Wallonië (83%) en Brussel (79%).

… maar niet altijd juist toegepast

Slechts 77% van de bestuurders kan exact uitleggen wat het principe inhoudt. Twee jaar na de invoering van het ritsprincipe in de wegcode, weet bijna 1 op 4 bestuurders nog steeds niet hoe er correct geritst moet worden. 69% van de bestuurders observeert minstens 1 maal per week een andere bestuurder die op een foute manier ritst. Meer dan 61% raakt hierdoor geïrriteerd.

Een systeem dat als efficiënt wordt aanzien, vooral in Vlaanderen

87% van de bestuurders is vandaag voorstander van het systeem. De meerderheid is dus overtuigd. 79% van de bestuurders vindt ritsen efficiënt. In Wallonië stellen ze zich echter meer vragen bij de doeltreffendheid van het systeem (slechts 65% vindt het efficiënt) dan in Vlaanderen (86%) en Brussel (85%).

Een systeem dat vaak nuttig blijkt te zijn in de praktijk

35% van de bestuurders ritst dagelijks en 32% wekelijks. Dit bewijst eens te meer hoe belangrijk het ritsprincipe is voor een vlottere verkeersdoorstroming op plaatsen waar de rij-strook versmalt. 9% ritst nooit. We weten niet of dat uit pure tegenkanting is of omdat ze nooit in een situatie terecht komen waar er geritst zou kunnen worden.

Opfrissing van het principe

Het ritsprincipe is verplicht op plaatsen waar er een rijstrook wordt onderbroken wanneer het verkeer sterk vertraagt (op alle wegen waar er ten minste twee rijstroken betrokken zijn, in dezelfde rijrichting). De bestuurder moet op zijn rijstrook blijven rijden tot aan de versmal-ling om vervolgens in te voegen in de aangrenzende rijstrook waar het verkeer zich verder-zet. De bestuurders die zich reeds op deze rijstrook bevinden moeten beurtelings een be-stuurder laten invoegen. Het ritsprincipe is een algemene regel die nageleefd moet worden, zonder dat er signalisatie nodig is.

Hierbij willen we nog even verduidelijken dat, volgens artikel 12.4 het veranderen van rij-strook tijdens het toepassen van het ritsprincipe NIET als een manoeuvre wordt beschouwd.

Wie begint er?

De bestuurder die op de vrije rijstrook rijdt moet, als eerste, een bestuurder laten invoegen. Vervolgens doet de bestuurder die achter hem rijdt op de vrije strook, op zijn beurt, hetzelfde.

Is dit principe toepasbaar voor iedereen?

Ja, het principe geldt voor alle bestuurders, ongeacht het type voertuig. Dat betekent dus ook voor motors, vrachtwagens, bestelwagens, …

Geldt dit ook als men zich op de autosnelweg begeeft?

Nee, wanneer men de autosnelweg oprijdt, moet er altijd voorrang verleend worden aan de bestuurders die zich reeds op de autosnelweg bevinden. De borden (in dit geval “geef voorrang”) primeren altijd boven de algemene regels, zelfs bij sterk vertraagd verkeer.

Besluit

Twee jaar na de invoering van het principe, hebben de meeste bestuurders al wel van ritsen gehoord, maar sommigen onder hen weten nog steeds niet hoe het exact in zijn werk gaat. Volgens de minister van Mobiliteit “doen de bestuurders die niet juist ritsen, dit niet uit slech-te wil, maar eerder uit onwetendheid. Vandaar dat het belangrijk is om de regels nog eens op te frissen. Het principe is eigenlijk gebaseerd op een vorm van hoffelijkheid. Dankzij het ritsen kan de maximale capaciteit van de weg gebruikt worden op plaatsen waar de weg versmald wordt. Iedereen wint er dus bij wanneer het principe correct toegepast wordt”.

Wat zegt de wegcode precies?

Het ritsprincipe wordt duidelijk gedefinieerd in artikel 12bis van de wegcode: “De bestuurders die, bij sterk vertraagd verkeer, rijden op een rijstrook die ophoudt of waarop het verder rijden wordt verhinderd, mogen slechts vlak voor de versmalling invoegen in de aangrenzende vrije rijstrook. De bestuurders die rijden op die vrije rijstrook, moeten vlak voor de versmalling beurtelings voorrang verlenen aan één invoegende bestuurder; in geval het rijden op zowel de linker als op de rechter rijstrook wordt verhinderd, moet eerst voorrang worden verleend aan één bestuurder op de rechter rijstrook en daarna aan één bestuurder op de linker rijstrook.”

 bron www.wegcode.be